Vraag je kinderen of ze meegaan naar het bos, dan krijg je niet meteen een enthousiaste reactie, een uitzondering daargelaten. Vraag je kinderen of ze vuur willen maken, dan krijg je een “ja, cool!” in koor en staan ze direct in de startblokken. Ook sporen zoeken, sluipen door het struikgewas, hutten bouwen, eetbare bessen en blaadjes zoeken zijn activiteiten die kinderen hartstikke leuk vinden én hen weer in contact brengen met de natuur. Zo kunnen ze er een zorgzame en respectvolle band mee opbouwen. En de natuur helpt hen zich persoonlijk evenwichtig te ontwikkelen.
Met kinderen de natuur intrekken om die natuur echt te beleven, vraagt van ouders en begeleiders dat ze ook naar hun eigen band met de natuur kijken, naar de manier waarop zij ermee omgaan. Agnes Meijs laat aan de hand van vele voorbeelden zien, dat wanneer je je eigen vermogen tot ontdekken en verwonderen weer hebt teruggevonden en je vanuit zintuiglijke beleving aan de slag gaat, je tot diepgaande en fijne natuurervaringen komt. In de 10 jaar dat Agnes met kinderen en natuurbeleving bezig is, constateerde zij ook dat kinderen de natuur nog sterker en intensiever beleven, zodra we een beroep doen op hun overlevingsinstincten. Kinderen lopen dan heel gauw warm om mee te doen. Ook de zogenaamde korte spanningsboog blijkt ineens veel ruimer te worden wanneer kinderen het oergevoel ervaren, daar, diep van binnen.
Dit oergevoel en de vaardigheden die daarbij horen gaan terug naar de tijd dat de mensen als jager/verzamelaar en eenvoudige boeren sterk met de natuur waren verbonden. Alle zintuigen stonden op scherp om de benodigde informatie te krijgen. De mensen waren afhankelijk van het weer, het landschap en de seizoenen. Ze haalden eten, kleding, beschutting en werktuigen uit de natuur. Er waren geen educatieve natuurprogramma’s: het leven zelf was de leerschool. Al doende, in het begin spelenderwijs en vaak al snel serieuzer, leerden de kinderen van de ouderen de benodigde vaardigheden en ontdekten ze hun eigen kwaliteiten.
Dit boek bevat naast persoonlijke ervaringen veel ideeën en vooral praktische tips voor (groot)ouders, leerkrachten, natuur- en milieumedewerkers, natuurgidsen, buurtwerkers en iedereen die graag met kinderen dat intense oergevoel en daarmee de weldadige band met de natuur willen ervaren.
Recensie
Een inspirerend boek door de tekst en de foto”s. Een sterk punt is de inhoudelijke keus voor overlevingstechnieken en wat daarmee samenhangt. Dat biedt stof voor de ervaringsgebieden “Maken en gebruiken” en “Techniek” van WO. Daarnaast zijn het verhalend karakter en de rijkdom aan observaties en adviezen uit een rijke praktijkervaring sterke punten. Het komt binnen het onderwijs het beste tot zijn recht bij meerdaagse buitenactiviteiten en losse buitendagen en daarnaast voor buitenschoolse vormen, zoals de buitenschoolse opvang en natuurclubs. Uit de recensie van Kees Both voor ‘Mensenkinderen’, tijdschrift voor en over jenaplanonderwijs, mei 2011
Agnes Meijs werd op haar twaalfde lid van de jeugdnatuurbond en een wereld ging voor haar open. Na haar studie niet-westerse sociologie belandde ze als reisleidster in Egypte en begeleidde kamelentrektochten door de Sinaï woestijn. Terug in Nederland volgde ze de natuurgidsenopleidingen van het IVN en Natuurmonumenten en werd ze geïnspireerd door Reizende Aarde School. Ze is begeleidster bij het natuurbelevingsprogramma’s Het Bewaarde Land en Natuur-wijs. Vanuit haar bedrijf Natuurlijkheden biedt ze natuurbelevingsactiviteiten voor kinderen en natuurbelevingstrainingen aan.
contactformulier | manuscript | privacyverklaring
cookieverklaring | leveringsvoorwaarden | verzendkosten
e-mail: info@a3boeken.nl
© a3boeken 2022 | kvk 30121964 | btw-id nl001506161b83